Oordelen over mezelf

Wat de diagnose kanker mij vertelden over oordelen over mezelf

Ik had het gevoel dat ik de stempel: AFGEKEURD op mijn voorhoofd kreeg

November 2010, ik had een gezwel in mijn buik en ik werd door de huisarts direct doorverwezen naar de gynaecoloog. Na inwendig onderzoek kreeg ik de volgende mededeling: ‘U moet rekening houden met baarmoeder- of eierstokkanker’. 
Op dat moment viel de wereld letterlijk en figuurlijk stil. De bodem verdween onder mijn voeten, er ontstond een diep gapend zwart gat waarin ik in dreigde te vallen. De angst gierde door mijn lijf. Ik zocht houvast bij mijn partner, Pim, we raakte elkaars handen en keken in elkaars ogen. Hij zat er net zo geschrokken bij als ik. 
Voordat ik het wist werd ik meegenomen in een rollercoaster als patiënt; onderzoeken, gesprekken, testen, nog meer onderzoeken, scans, bloedprikken, echo’s het ging maar door. Het voelde alsof ik de zeggenschap over mijn lichaam was kwijtgeraakt, tijd voor emoties was er niet. Er werd voor me besloten, hoe, waar en wanneer. En ik snapte het wel, ze hadden het beste met me voor, maar ik had geen idee wat er allemaal gebeurde. 
Ik verloor mezelf volledig. Voor mij voelde het alsof ik een stempel op mijn voorhoofd had gekregen met het woord: AFGEKEURD !
Ik voelde me afgekeurd, onbelangrijk als mens, als lichaam, als ziel. Dit onbelangrijke en afgekeurde gevoel voedde mij toch al angstige systeem. Mijn energie, mijn motivatie, mijn vertrouwen kelderde met als gevolg dat ik heel veel moeite had om weerstand te bieden aan het verliezen van mezelf. Mijn angst ging vooral om angst voor pijn, het onbekenden. Maar wat ik vooral mistte was het waarom. Waarom gebeurde dit, waarom heb ik dit? Ik begreep er niks van.
Om mezelf terug te vinden ben ik in meditatie gegaan en heb ik een prachtige helende reis gemaakt.
 

Twee jaar daarvoor was mijn vader overleden aan leverkanker, dus ik had wel een beeld wat het met mensen deed. Tijdens zijn ziektebed maakte ik prachtige reis met hem door, wat veel inzicht gaf op de oorzaak van zijn ziekte. Daar kwam sterk naar voren dat hij zichzelf afkeurde en hij voelde zich teleurgesteld  wat het leven hem had gebracht. Hij leerde uit zijn reis, dat hij voornamelijk zichzelf had teleurgesteld door te leven vanuit angst. Waardoor hij veel kritiek uitte op mensen om hem heen en vooral op zichzelf. 

Door de herinnering aan zijn reis, besloot ik in meditatie te gaan en op zoek in mijzelf naar het ontstaan van dit gezwel. Dat klinkt misschien eenvoudig, maar dat was het niet. Het is letterlijk het gezwel binnen gaan en ontdekken wat het me te zeggen had. 

Vier dagen voor de operatie sloot ik me op in mijn slaapkamer. Ik zocht een comfortabele plek op mijn bed en startte de meditatie. Om van buiten naar binnen te gaan, diende ik me eerst te focussen op de stroperige en onrustige lagen van angst. Ruim 4 uur duurde deze reis door mijn angst. De angst gutste als een wildwater rivier door mijn aderen. Ik viel van watervallen naar beneden, botste tegen rotsen op, werd heen en weer geschud. Het ging vreselijk te keer van binnen. Normaal gesproken rende ik hard weg, maar ik dwong mezelf erbij te blijven. 

Ik werd meegesleurd naar wat leek op een soort rubberbootje maar wat eigenlijk een rood bloedlichaampje was. Door de heftigheid van de stroming kon ik me met veel moeite vasthouden aan de gladde randen. Oneindig lang leek deze reis door het wilde water van mijn gevoelens van wanhoop, boosheid, frustratie, verdriet, onbegrip, veroordeling, pijn, ongeloof, eenzaamheid en angst in mijn lichaam te duren.

Uiteindelijk plonsde ik, na een diepe val van een waterval, in een prachtige poel van rust, de plek van mijn baarmoeder. Kraak helder water stroomde zachtjes in deze wondermooie poel. De poel bevond zich in een helder verlichte grot waarbij het licht van de buitenwereld via het dak door een straal naar binnen viel. Hierdoor was de wand van de grot bekleed met struikgewas en mos, wat een serene sfeer bezorgde in de grot. Hier had ik de ruimte om tot rust te komen. Ik voelde mijn ademhaling langzamer en dieper worden en de onrust ebde uit mijn lijf weg. 

Hier kreeg ik het inzicht in het waarom. Mijn onzekerheid en vooral het gevoel erbij te willen horen had ervoor gezorgd dat ik anderen geborgenheid bood. Ik droeg hun problemen en bood hen de geborgenheid die zij mistte. Hierdoor voelde ik me erkend en gezien, ik hoorde erbij. Het was niet zozeer dat ik mezelf afkeurde, maar dat ik behoefte had erbij te horen. Op dit hogere niveau van bewustzijn ontdekte ik dat ik al belangrijk ben voor wie ik ben, zonder rol, zonder functie. Ik hoefde het niet uit een ander te halen.  

Vanuit deze openheid en helderheid, begonnen er nog meer beelden op mijn netvlies zichtbaar te worden.

Een vorig leven liet me zien dat ik als een jong meisje (12) was uitgehuwd aan een rijke Franse aristocraat. De man was wreed, egocentrisch en gierig. Hij behandelde me slecht, hij misbruikte en mishandelde me wanneer het hem maar uitkwam. Ik voelde me regelmatig afgewezen, gebruikt en vuil. Wat ik niet wist was dat hij zijn personeel op precies dezelfde manier behandelde als mij. Tijdens de Franse revolutie kwamen deze mensen in opstand en ze pakte hem op en mij erbij. Ik werd in een houten kooi op wielen samen met hem opgesloten. Terwijl we over een groot plein reden richting het schavot, werden we uitgejouwd en uitgescholden door het volk. Ze riepen leuzen en gooide van alles naar ons toe. Ik voelde een tomaat kapot slaan op mijn hoofd en viel achterover in de kooi. Versuft vroeg ik me af waarom ik hier zat. Ik was eigenlijk net zo slecht behandeld als zij. Maar het was vooral de woede van de mensen die een diepe indruk op me maakte. Bij het schavot werden we ruw uit de kar gehaald en het schavot op geduwd. Op het schavot stond een grote guillotine. Vreemd genoeg boezemde me dat apparaat me geen angst in. Terwijl ik met mijn hoofd op het houtblok lag voelde ik vooral de onbelangrijkheid van mijn bestaan van de mensen en mijn echtgenoot als pijn in mijn lijf. Dat ik zo onbelangrijk was en dat ik terechtgesteld werd omdat mijn leven er niet toe deed. Die pijn voelde tot in mijn ziel.

Het was niet zozeer dat ik mezelf veroordeelde zoals mijn vader deed, maar dat ik mezelf als onbelangrijk beschouwde. In deze prachtige serene omgeving kon ik heel goed voelen dat dit helemaal niet nodig was. Dit gezwel liet me weten dat ik er toe deed, dat ik belangrijk ben voor wie ik ben, hoe ik in het leven sta, zonder rol of functie. Ik doe er toe! 

Ook werd zichtbaar dat de reis die ik maakte eigenlijk niks anders was dan een uitwisseling van diensten tussen mij en de arts. Ik kwam tot diep innerlijke waarheid dat ik geen kanker had. De arts kon van mijn lichaam leren en ik had haar nodig om mijn gezwel eruit te halen. De operatie was dus eenvoudigweg, openmaken, eruit halen, dichtmaken en helen. 

En zo is het ook gegaan. Ik herstelde heel voorspoedig en 3 weken na de operatie kreeg ik het bericht van de arts dat het gezwel een goedaardige tumor was. 😉

Poel van rust